You are here
Description
Verteld door Jef Steegmans
In De Zwaan en bij Vieke deed men vroeger haantjeszingen, meestal op zondag na de mis. Dan namen de mensen hun eigen kleine zanghanen mee. Ze zetten geld in op hoeveel keer een bepaalde haan zou kraaien binnen het half uur. Dan begon het ‘zingen’, in totaal twee of drie keer een half uur. Er werd geteld hoe dikwijls elke haan kraaide. Wie het best gegokt had, kon allerlei naturaprijzen winnen. De meeste mensen zetten in op hun eigen haan, omdat ze daarvan konden voorspellen hoe dikwijls die zou kraaien. Een 30-tal jaar geleden moet deze gewoonte verdwenen zijn. Bijvoorbeeld in Rummen gebeurt het wel nog steeds en sommige Godsheidenaren gaan daar nog naartoe.
Biljarten kon je ook in sommige cafés, namelijk in De Zwaan en bij Speelmans. Bij Vieke stond ook een kleine biljarttafel. Verschillende keren per week vonden er wedstrijden plaats. Die begonnen zo rond zeven uur ’s avonds. Als er veel volk was, konden de wedstrijden wel eens uitlopen tot vijf uur ’s morgens. Ik herinner mij een verhaal van een jongen die mee ging en verschillende prijzen had gewonnen: een beker en een mooie zetel. Eenmaal thuis, kreeg hij het nogal mee, omdat hij pas ’s morgens vroeg terug was thuisgekomen! De keer nadien mocht hij toch weer meedoen.
Hanenvechten gebeurde af en toe in Godsheide. Het was verboden en dus gebeurde dat in het geheim. Er stond dan altijd iemand op wacht, die kon waarschuwen als dat nodig was.
Uit: Godsheide en Malpertuus / Warm aanbevolen (2013), pp. 128-129.