You are here
Description
Volgens Mantelius, de auteur van een stadsgeschiedenis van Hasselt uit de 17de eeuw, werd de burcht in 1182 gebouwd door graaf Gerard van Loon. Hij zou zijn donjon in Borgloon, de hoofdstad van het graafschap, verloren zijn. Daarom bouwde hij in Kuringen een nieuwe waterburcht, die dus in de eerste plaats een militaire functie had.
Nog voor 1240 hebben de graven van Loon hun château-fort waarschijnlijk ook als verblijfplaats gebruikt, want in dat jaar kreeg Kuringen de vrijheden van een Loonse stad. Dat bewijst het belang van het dorp binnen het graafschap. En dat belang zou in de loop van de dertiende eeuw alleen maar toenemen: de graaf richtte er immers ook zijn leenhof in. Dat hof, een rechtbank voor betwistingen binnen het leenstelsel en opperste beroepshof voor de meeste Loonse schepenbanken, zou in 1584 overgebracht worden naar Hasselt, maar behield altijd de naam 'Edele Leenzaal van Kuringen.'
Uit: Kuringen Sint-Jansheide Schimpen Tuilt Stokrooie / Warm aanbevolen (2004), pp. 9-10.
Fiche
- ca. 1795: Jan Baptist Alen
- voor 1845: rechter Antoon Bamps
- (?): dokter Constant Bamps, zoon voorgaande
- (?): kantonnale inspecteur Jan Willem Swaens X Maria Wilhelmina de Horion (1788-1859)
- 1914: Tony Hermant-de Keuster
- 01-01-1951 - 01-06-1955: gouverneur Hubert Verwilghen-Janssens de Varebeke
- 08-06-1984: Stad Hasselt
- residentie van de graven van Loon en prins-bisschoppen van Luik
- zetel Leenzaal van Kuringen (tot 1584)
- woonhuis
- deelgemeentehuis Hasselt
woonhuis
Z.g. "Prinsenhof", resten van het waterslot van prins-bisschop Erard van der Marck (1515). Na verwoesting van de grafelijke burcht te Borgloon in 1232, werd Kuringen als verblijfplaats door de graven van Loon gekozen. De eerste burcht, gelegen op deze plaats werd ca. 1240 gebouwd. De graven van Loon verbleven hier tot 1366, en toen het graafschap Loon bij Luik gevoegd werd, hield de leenzaal van het graafschap er haar zittingen, tot 1584. In 1486 werd de burcht door Ghijs van Kanne, aanhanger van Willem van der Marck, verwoest. In 1515 bouwde Erard van der Marck op dezelfde plaats een waterkasteel. Tijdens XVII raakte dit kasteel in verval, tot de Horion er in 1670 de nodige herstellingen liet aan uitvoeren, en de leenzaal er terug haar intrek in nam. Tijdens de Franse bezetting in 1688 werden twee hoektorens vernield en begon de aftakeling, uitlopend op de afbraak in 1742 door Jacob Minten, die met de bouwmaterialen van het kasteel de Broekermolen te Hasselt verbouwde (afgebroken in 1921). Onder het Frans bewind werd wat er nog reste als kroondomein verkocht. In zijn huidige vorm een omgrachte, ovale terp; de onderbouw van twee ronde, bakstenen hoektorens bleef bewaard; de O.-toren werd in 1912 voorzien van een bovenbouw en geïntegreerd in een kasteeltje in neorenaissancestijl, gebouwd n.o.v. architect Minnaert. (2)
omliggend park met vijver
- 1515: ombouwing tot zomerverblijf met prachtige tuinen door prins-bisschop Erard van der Mark
- 1670: herstellingen door de Horion
- 1912: voorzien oostelijke toren van een bovenbouw
- 1985: uitwendige renovatie
- waterkasteel
- open bebouwing
- perceelgrootte: 240 m2 (pand) + 2030 m2 (park) + 4560 m2 (vijver) + 4050 m2 (park)